dinsdag 1 april 2014

26 maart 2014

Praatronde

Yarne: Mijn zus ging met een vriendinnetje naar carnaval in Merelbeke. Ik mocht niet mee en ging met mijn papa naar de kermis. Ik wou op de octopus maar mocht niet van mijn papa. Hij zei dat ik misselijk zou worden. Ik heb daar eendjes gevist en een doodskop gewonnen.

Jannes: Vorige week moest ik naar het ziekenhuis omdat mijn hart heel snel klopte. Dat komt door de stress. Het deed pijn en ik ging naar het UZ. Ik moest daar in een karretje liggen en kreeg allemaal zo plakkers op mij om mijn hart te meten. In het begin klopte mijn hart 200. Nu is het maar rond de 100. Vandaag moet ik naar het UZ want ze gaan een hartmeter op mijn hart plaatsen om te zien hoe snel mijn hart klopt. 
Isra: Wat is die 100?
Naomi: Dat is je hartritme.
Joni: Je telt een minuut lang en dan weet je je hartslag. Ik heb ook al eens zo een bakje gehad en dan mag je nooit op je buik liggen want dan word je wakker van het gepiep.
Wanneer slaat ons hart sneller?
Naomi: Als je sport of loopt, als je veel inspanningen doet.

We meten eens onze hartslag per minuut. Sommige kinderen hebben het moeilijk om het te voelen.
Joni: 81
Anaïs: 100
Thibo: 69
Andreea: 100
Jannes: 79
Clara: 71
Chance: 77
Yarne: 72
Heidi: 79
Isra: 50
Adriana: 59
Omar: 100
Naomi: 65
Yarne gaat onderzoeken wat het gemiddelde daarvan is.